Teken eerst de vorm af. Zorg ervoor dat er verschillende niveaus zijn. Een niveau voor moerasplanten (15 à 20 cm), oeverplanten (40 à 50 cm) en het diepste punt moet ongeveer 80cm zijn.

De verschillende niveaus moeten een vlakke bodem hebben. Dit voor de veiligheid van kinderen. Als ze toch in het water vallen kunnen ze op een schuine bodem niet blijven staan en op een vlakke hebben ze nog kans.

De wanden worden een beetje schuin gemaakt tegen het afbrokkelen van de aarde.

Zorg ervoor dat de randen waterpas zijn. Voor de afwerking kan je gebruik maken van drainagedarm (vastgelegd met haken), of een boord aanleggen met beton, ……

Voordat de folie wordt gelegd moet er eerst een bescherming worden gelegd in de vorm van een dikke laag zand, turf, kranten of een doek.

De afmetingen van de folie:  Lengte  = lengte vijver + 2x diepte

                                            Breedte = breedte vijver + 2x diepte

De folie wordt in de vijver gelegd vanaf het diepste punt naar buiten. Indien u kiest voor een bodem van aarde, alleen vijveraarde gebruiken. Doe minimum 15 cm aarde op de bodem. Daarop 4 à 5 cm gewassen grind, tegen het troebel worden van het water. Vervolgens langzaam water laten inlopen en terwijl de plooien wegwerken. De folie over de rand leggen en vastleggen met aarde.